[Officium] Feria Tertia infra Hebdomadam Passionis [Rule] no Gloria Suffragium=Ecclesiæ,Papa;; Prefatio=Quad5 Super popul [Introitus] !Ps 26:14 v. Stel uw hoop op de Heer, gedraag u als man. Sterk zij uw hart, vertrouw op de Heer. !Ps 26:1 De Heer is mijn licht en mijn heil. Wie zou ik vrezen? v. Stel uw hoop op de Heer, gedraag u als man. Sterk zij uw hart, vertrouw op de Heer. [Oratio] Wij vragen U, Heer, moge ons vasten U welgevallig zijn, ons door zijn zuiverende kracht uw genade waardig maken en ons tot de eeuwige heilsbronnen brengen. $Per Dominum [Lectio] Lezing uit de Profeet Daniël !Dan 14:27, 28-42 In die dagen schoolden de Babyloniërs samen tegen de koning en zeiden hem: Lever ons Daniël uit, want hij heeft Bel vernield, en de draak heeft hij gedood; anders brengen wij u om het leven met uw huis. De koning zag dan in, dat zij sterke druk op hem uitoefenden, en noodgedwongen leverde hij Daniël aan hen uit. Toen wierpen zij hem in de leeuwenkuil; en hij bleef er zes dagen in. In de kuil nu waren zeven leeuwen, en elke dag kregen zij twee lichamen en twee schapen; toen echter gaf men hun deze niet, opdat zij Daniël zouden verslinden. Nu was er in Judea een profeet, Habacuc; en deze had een moes gekookt en brood in een schotel gebrokkeld en was op weg naar het veld, om dat aan de maaiers te brengen. Maar een engel des Heren sprak tot Habacuc: Breng het eten, dat gij daar hebt, naar Babylon aan Daniël, die in de leeuwenkuil zit. Maar Habacuc antwoordde: Heer, Babylon heb ik nooit gezien, en de kuil is mij onbekend. En de engel des Heren greep hem bij zijn hoofd en droeg hem aan zijn haren, en met zijn snelheid als geest zette hij hem in Babylon neer aan de rand van de kuil. En Habacuc riep: Daniël, dienaar Gods, hier hebt gij het maal, dat God u zendt. En Daniël sprak: God, Gij zijt mijner indachtig geweest, en Gij hebt hen, die U liefhebben, niet verlaten. Dan richtte Daniël zich op en at. En de engel des Heren bracht Habacuc onmiddellijk terug naar zijn plaats. De zevende dag nu kwam de koning, om over Daniël te treuren; en hij kwam bij de kuil en keek naar beneden. En daar zat Daniël midden tussen de leeuwen. Toen riep de koning met luider stem: Groot zijt Gij, Heer, God van Daniël. En hij haalde hem uit de leeuwenkuil. Maar hen, die de oorzaak van Daniëls ongeluk geweest waren, liet hij in de kuil werpen; en voor zijn ogen werden zij in een ommezien verslonden. Toen sprak de koning: Alle bewoners van geheel de aarde moeten de God van Daniël vrezen; want Hij geeft redding door de wonderen en tekenen, die Hij doet op aarde; en Hij is het, die Daniël uit de leeuwenkuil heeft bevrijd. [Graduale] !Ps 42:1, 3 Verdedig mijn zaak, o Heer. Verlos mij van de boze en de bedrieger. V. Zend uw licht en uw trouw. Laat deze mij leiden en voeren naar uw heilige berg. [Evangelium] Vervolg ++ van het heilig Evangelie volgens Johannes !Joann 7:1-13 In die tijd doorkruiste Jezus Galilea; want Hij wilde niet in Judea rondtrekken omdat de Joden Hem zochten te doden. Nu was het feest van de Joden, het Loofhuttenfeest, nabij. En zijn broeders zeiden Hem: Vertrek van hier en ga naar Judea, opdat ook uw leerlingen de werken zien, die Gij verricht: want niemand doet iets in het geheim, als het zijn bedoeling is bekend te worden. Als Gij zulke dingen doet, laat U dan zien aan de wereld. Want ook zijn broeders geloofden niet in Hem. Jezus gaf hun ten antwoord: Mijn tijd is nog niet gekomen; uw tijd echter is er altijd. De wereld kan u niet haten; maar Mij haat ze, omdat Ik van haar getuig, dat haar werken slecht zijn. Gaat gij maar naar dat feest; Ik ga niet naar dat feest, omdat mijn tijd nog niet vervuld is. Zo sprak Hij, en bleef in Galilea. Maar toen zijn broeders vertrokken waren naar het feest, toen ging ook Hij er heen, niet openlijk, maar in het geheim. De Joden nu zochten Hem op het feest, en zeiden: Waar is Hij? En onder het volk werd er veel over Hem gemompeld. Want sommigen zeiden: Hij is goed; anderen echter meenden: Integendeel, Hij misleidt het volk. Maar niemand sprak openlijk over Hem, uit vrees voor de Joden. [Offertorium] @Tempora/Pent03-0r [Secreta] Wij brengen U, Heer, onze gaven, die wij U willen offeren. Mogen zij voor ons een teken tot troost zijn in dit aardse leven, opdat wij niet gaan wanhopen aan de beloften voor de eeuwigheid. $Per Dominum [Communio] !Ps 24:22 Verlos mij, God van Israël, uit al mijn kwellingen. [Postcommunio] Wij vragen U, almachtige God, laat ons, die voortdurend de goddelijke geheimen vieren, verdienen steeds dichter de hemelse gaven te benaderen. $Per Dominum [Super populum] !Oratio super populum v. Laat ons bidden. v. Buigt nederig uw hoofd voor God. v. Wij vragen U, Heer, geef ons een onwankelbare trouw in de dienst van uw wil, opdat in onze dagen het volk, dat U dient, mag toenemen in verdienste en aantal. $Per Dominum