[Officium] Feria Tertia infra Hebdomadam IV in Quadragesima [Rule] no Gloria Suffragium=Sanctorum;Vivis;; Super popul [Introitus] !Ps 54:2-3 v. Verhoor mijn gebed, o God, en wend U niet af van mijn smeken. Geef acht op mij en verhoor mij. !Ps 54:3-4 Ik ben droef te moede door mijn sombere gedachten. Ik sidder voor de kreten van de vijand en de kwelling van de boze. &Gloria v. Verhoor mijn gebed, o God, en wend U niet af van mijn smeken. Geef acht op mij en verhoor mij. [Oratio] Wij vragen U, Heer, moge het vasten in deze heilige boetetijd ons tot een heiliger leven brengen en steeds opnieuw de hulp van uw barmhartigheid verlenen. $Per Dominum [Lectio] Lezing uit het Boek van de Uittocht !Exod 32:7-14 In die dagen sprak de Heer tot Mozes: Daal af van de berg; uw volk, dat gij uit Egypte hebt weggevoerd, heeft gezondigd. Wel heel spoedig zijn zij afgeweken van de weg, die gij hun gewezen hadt; want zij hebben zich een gegoten kalf gemaakt, het aanbeden en offers er aan opgedragen, terwijl zij zeiden: Israël, dit is uw god, die u heeft weggevoerd uit het land van Egypte. En verder sprak de Heer tot Mozes: Ik zie, dat dit volk halsstarrig is; laat mijn toorn tegen hen ontbranden, zodat Ik hen vernietig; dan zal Ik u maken tot een groot volk. Maar Mozes bad tot de Heer, zijn God, en sprak: Waarom toch, Heer, zou uw toorn ontbranden tegen uw volk, dat Gij hebt weggevoerd uit het land van Egypte met grote kracht en sterke arm? Laat toch, bid ik U, de Egyptenaren niet zeggen: Het was list, dat Hij hen wegvoerde, om hen in het gebergte om te brengen en van de aarde te verdelgen. Moge uw toorn bedaren en wil de zonde van uw volk vergeven. Denk aan Abraham, Isaäc en Jacob, uw dienaren, aan wie Gij bij U zelf gezworen hebt: Ik zal uw geslacht vermenigvuldigen als de sterren des hemels, en geheel dit land, waarvan Ik gesproken heb, zal Ik geven aan uw nageslacht, zodat gij het zult bezitten voor immer. En de Heer liet Zich verzoenen, en voltrok niet de straf, die Hij tegen zijn volk had aangekondigd. [Graduale] !Ps 43:26, 2 Rijs op, o Heer, kom ons te hulp. Verlos ons om wille van uw Naam. V. Met eigen oren, o God, hebben wij het gehoord; onze vaderen hebben het ons verhaald: het werk, dat Gij gewrocht hebt in hun dagen, in overoude tijden. [Evangelium] Vervolg ++ van het heilig Evangelie volgens Johannes !Joann 7:14-31 In die tijd, toen het feest reeds half voorbij was, ging Jezus op naar de tempel en gaf daar onderricht. En de Joden stonden verwonderd en zeiden: Hoe is Deze zo geletterd, daar Hij toch geen onderricht genoten heeft. Jezus antwoordde hun en zeide: Mijn leer is niet van Mij, maar van Hem, die Mij gezonden heeft. Indien iemand bereid is zijn wil te volbrengen, zal hij van deze leer erkennen, of ze van God afkomstig is, of dat Ik spreek uit Mij zelf. Wie uit zich zelf spreekt, zoekt zijn eigen eer. Maar wie de eer zoekt van die hem gezonden heeft, hij is waarachtig, en in hem is er geen ongerechtigheid. Heeft Mozes u niet de Wet gegeven? en toch volbrengt niemand de Wet! Waarom zoekt gij Mij te doden? De menigte antwoordde en zeide: Gij zijt van de duivel bezeten! Wie zoekt U te doden? Jezus gaf hun ten antwoord: Eén werk heb Ik verricht en allen staat gij verwonderd. Welnu. Mozes gaf u de besnijdenis [niet dat ze van Mozes is, maar van de vaderen], en gij besnijdt iemand op sabbath; als iemand, - om de Wet van Mozes niet te schenden, - besneden wordt op sabbath, wat toont gij u dan verontwaardigd op Mij, omdat Ik een hele mens gezond gemaakt heb op sabbath? Oordeelt niet naar de uiterlijke schijn, maar weest rechtvaardig in uw oordeel. Sommigen dan uit Jeruzalem zeiden: Is Hij het niet, die zij zoeken te doden? En zie, Hij spreekt in het openbaar en men zegt Hem niets. Zouden de oversten dan werkelijk hebben erkend, dat Hij de Christus is? Maar van Hem weten wij waar Hij vandaan is; maar als de Christus komt, weet niemand, waar hij vandaan komt. Terwijl Jezus nu in de tempel leerde, riep Hij uit: Gij kent Mij en gij weet waar Ik vandaan ben; toch ben Ik niet van Mij zelf gekomen; maar werkelijk bestaat Degene, die Mij gezonden heeft, die gij niet kent. Ik ken Hem wel, omdat Ik van Hem kom en Hij Mij heeft gezonden. Toen zocht men Hem gevangen te nemen; maar niemand sloeg de hand aan Hem, want zijn uur was nog niet gekomen. Onder het volk echter waren er velen, die in Hem geloofden. [Offertorium] @Tempora/Pent15-0 [Secreta] Wij vragen U, Heer, moge deze offergave ons zuiveren van onze zonden en tot het vieren van het heilig offer, lichaam en ziel van uw dienaren heiligen. $Per Dominum [Communio] !Ps 19:6 Juichen zullen wij dan over uw zegepraal en roemen op de Naam de Heren, onze God. [Postcommunio] Heer, moge het ontvangen van dit Sacrament ons van zonde reinigen en binnenvoeren in het rijk der hemelen. $Per Dominum [Super populum] !Oratio super populum v. Laat ons bidden. v. Buigt nederig uw hoofd voor God. v. Heer, ontferm U over uw volk en laat het genadig herademen van de plagen, die het voortdurend treffen. $Per Dominum