[Officium] Feria Secunda in Rogationibus [Rule] no Gloria no Credo Suffr=Maria3;Ecclesiæ,Papa;; [Introitus] !Ps 17:7 v. Hij hoorde mijn stem van uit de heilige tempel, alleluia, en mijn geschrei voor zijn aanschijn drong door tot zijn oren, alleluia, alleluia. !Ps 17:2-3 Ik heb U lief, o Heer, mijn sterkte. De Heer is mijn kracht, mijn toevlucht en Redder. &Gloria v. Hij hoorde mijn stem van uit de heilige tempel, alleluia, en mijn geschrei voor zijn aanschijn drong door tot zijn oren, alleluia, alleluia. [Oratio] Wij vragen U, almachtige God, laat ons, die in onze benauwenis op uw vaderliefde vertrouwen, bij alle tegenstand in uw voortdurende bescherming ons veilig weten. $Per Dominum [Lectio] Lezing uit de Brief van de heilige Apostel Jacobus !Jac 5:16-20 Veelgeliefden, belijdt aan elkander uw zonden en bidt voor elkander, opdat gij behouden moogt blijven; want veel vermag het volhardend gebed van een rechtvaardige. Elias was een mens als wij, aan lijden onderhevig; maar vurig bad hij, dat het niet zou regenen op de aarde; en geen regen viel er drie jaren en zes maanden lang. Toen bad hij wederom; en de hemel gaf weer regen en de aarde weer haar vrucht. Mijn broeders, als onder u iemand afgedwaald is van de waarheid, en een ander hem tot bekering brengt, dan moet deze weten, dat hij, die een zondaar terugbrengt van zijn verkeerde weg, diens ziel redt van de dood en een menigte van zonden bedekt. [Graduale] Alleluia. !Ps 117:1 Looft de Heer, want Hij is goed, want eeuwig duurt zijn barmhartigheid. [Evangelium] Vervolg ++ van het heilig Evangelie volgens Lucas !Luc 11:5-13 In die tijd sprak Jezus tot zijn leerlingen: Veronderstel, iemand van u heeft een vriend, en midden in de nacht gaat hij tot hem met het verzoek: Vriend, leen mij drie broden; want een vriend van mij is op reis bij mij aangekomen, en ik heb niets om hem voor te zetten; als dan de ander van binnen zou antwoorden: Val mij niet lastig, de deur is reeds gesloten, en mijn kinderen en ik zijn reeds te bed; ik kan niet opstaan, om het u te geven; dan verzeker Ik u: als hij maar aanhoudt met kloppen, dan zal de ander misschien niet opstaan en het hem geven omdat hij een vriend van hem is, maar dan zal hij toch om zijn lastig aandringen opstaan en hem geven, al wat hij nodig heeft. Zo zeg Ik u: vraagt, en u zal gegeven worden; zoekt, en gij zult vinden; klopt, en u zal worden opengedaan. Want ieder die vraagt, verkrijgt; en wie zoekt, hij vindt; en wie klopt, hem zal worden opengedaan. Als iemand van u zijn vader om brood vraagt, zal deze hem dan een steen geven? Of als hij vraagt om een vis, zal hij hem dan in plaats van vis een slang geven? Of als hij vraagt om een ei, zal hij hem dan een schorpioen geven? Indien dus gij, hoewel gij zondig zijt, aan uw kinderen goede gaven weet te schenken, hoeveel te meer zal dan uw Vader uit de hemel de goede geest schenken aan die Hem er om vragen? [Offertorium] !Ps 108:30-31 De Heer zal ik loven met luide stem, te midden van velen Hem prijzen; want Hij stond aan de rechterhand van de arme om mij van vervolgers te redden, alleluia. [Secreta] Wij vragen U, Heer, mogen deze gaven de boeien van onze zonden verbreken en ons de genade van uw barmhartigheid schenken. $Per Dominum. [Communio] !Luc 11:9-10 Vraagt en gij zult verkrijgen. Zoekt en gij zult vinden. Klopt en u zal worden opengedaan. Ieder toch die vraagt, ontvangt, en die zoekt, vindt, en die klopt, hem zal worden opengedaan, alleluia. [Postcommunio] Wij vragen U, Heer, kom aan onze verlangens met vaderlijke liefde tegemoet, opdat wij door de vertroosting van uw gaven, in onze nood ontvangen, in liefde tot U toenemen. $Per Dominum