[Officium] Sabbato Quattuor Temporum Septembris [Rule] (rubrica 1960) celebranda aut forma longior aut forma brevior (si missa brevior et rubrica 1960) LectioL1 LectioL5 [Introitus] !Ps 94:6-7 v. Komt, laten wij God aanbidden, en ons voor de Heer nederwerpen, laten wij wenen voor Hem, die ons heeft gemaakt, want Hij is de Heer onze God. !Ps 94:1 Komt, laten wij jubelen voor de Heer, laten wij juichen voor God, ons heil. &Gloria v. Komt, laten wij God aanbidden, en ons voor de Heer nederwerpen, laten wij wenen voor Hem, die ons heeft gemaakt, want Hij is de Heer onze God. [LectioL1] Lezing uit het Boek Leviticus !Levit 23:26-32 In die dagen sprak de Heer tot Mozes: De tiende dag van deze zevende maand zal een grote dag van verzoening zijn, die men moet beschouwen als heilig; en gij zult op die dag uw hart verootmoedigen en een brandoffer opdragen aan de Heer. Gedurende die dag moogt gij geen slafelijk werk verrichten; want het is de dag van verzoening, opdat de Heer, uw God, u genadig mag zijn. Alwie op die dag zich niet verootmoedigt, zal worden uitgedelgd uit zijn volk; en hij, die enig werk verricht, die zal Ik uit zijn volk verdelgen. Dus geen enkel werk moogt gij die dag verrichten; een altijddurende instelling zal het voor u zijn in al uw geslachten en woonplaatsen. Een sabbath van rust is het en gij zult u zelf verootmoedigen op de negende dag van de maand; van de ene avond tot de volgende avond zult gij uw sabbath vieren. Zo spreekt de almachtige Heer. $Deo gratias [GradualeL1] !Ps 78:9; 78:10 Vergeef ons onze zonden, o Heer, opdat de heidenen niet zeggen: Waar is hun God? V. Help ons, o God, onze Redder. Verlos ons, Heer, om de eer van uw Naam. [OratioL1] Wij vragen U, almachtige God, wil ons om deze vasten met uw genade verzadigen en door de onthouding sterker maken dan al onze vijanden. $Per Dominum [LectioL2] Lezing uit het Boek Leviticus !Levit 23:39-43 In die dagen sprak de Heer tot Mozes: Als gij al de vruchten van uw land hebt ingezameld, zult gij vanaf de vijftiende dag van de zevende maand een feest vieren voor de Heer zeven dagen lang; de eerste dag en de achtste dag zal het sabbath zijn, dat wil zeggen: rust. En op de eerste dag moet gij vruchten nemen van het allerschoonste geboomte, en palmtakken, en twijgen van bomen met dicht gebladerte en van waterwilgen; en gij zult blijde zijn voor de Heer, uw God. En gij moet zijn feest vieren zeven dagen in het jaar; een altijddurende instelling zal het zijn voor uw nageslacht. In de zevende maand zult gij dit feest vieren en zeven dagen lang zult gij in loofhutten wonen. Alwie tot het geslacht van Israël behoort, moet in tenten verblijf houden, opdat uw nageslacht lere, dat Ik de Israëlieten in tenten heb doen wonen, toen Ik hen wegvoerde uit het land van Egypte, Ik de Heer, uw God. $Deo gratias [GradualeL2] !Ps 83:10; 83:9 God, onze Beschermer, zie op ons neer en sla uw ogen op uw dienaar. V. Heer, God der heerscharen, verhoor het gebed van uw dienaren. [OratioL2] Wij vragen U, Heer, bescherm uw gezin, en doe ons daarvoor de middelen tot ons eeuwig heil, die wij op uw ingeving vragen, van uw mildheid toekomen. $Per Dominum [LectioL3] Lezing uit de Profeet Michæas !Mich 7:14; 7:16; 7:18-20 Heer, onze God: weid uw volk met uw staf - de kudde, die uw erfdeel is, die afgezonderd wonen in het woud - zoals in de dagen van weleer. Als de volkeren dat zien, worden zij te schande ondanks al hun kracht. Wie is er God als Gij, die de ongerechtigheid vergeeft, en de zonden voorbijziet van de rest van uw erfdeel? Hij zal niet langer zijn toorn neerzenden; want Hij vindt welbehagen in barmhartigheid. Hij zal Zich weer over ons ontfermen; onze ongerechtigheden zal Hij wegnemen, en al onze zonden wegwerpen in de diepte der zee. Gij zul trouw bewijzen aan Jacob en barmhartigheid aan Abraham, zoals Gij aan onze vaderen gezworen hebt sinds onheuglijke tijden, Gij, Heer, onze God. $Deo gratias [GradualeL3] !Ps 89:13; 89:1 Heer, wend U een weinig tot ons en wees uw dienaren genadig. V. Heer, Gij zijt onze toevlucht geweest van geslacht to geslacht. [OratioL3] Wij vragen U, Heer, zorg, dat wij zo aan het lichaam de spijzen onthouden, dat wij ons tevens vrijhouden van het dreigende kwaad der zonden. $Per Dominum [LectioL4] Lezing uit de Profeet Zacharias !Zach 8:14-19 In die dagen kwam het woord des Heren tot mij en het luidde: Dit zegt de Heer der heerscharen: Zoals Ik vroeger het plan beraamde om u te straffen, toen uw vaderen Mij tot gramschap hadden uitgedaagd - zo spreekt de Heer - en Ik geen medelijden heb gehad, zo heb Ik daarentegen in deze dagen het plan beraamd om goed te doen aan het huis van Juda en aan Jeruzalem; wilt niet vrezen. Dit is het dan, wat gij moet doen: Laat iedereen waarheid spreken tegenover zijn naaste; velt in uw poorten rechtvaardige en vredestichtende oordelen. Laat niemand in zijn hart zinnen op kwaad tegen zijn naaste; en hebt een afschuw van valse eden; want al deze dingen haat Ik, zo spreekt de Heer. Wederom kwam het woord van de Heer der heerscharen tot mij en het luidde: Dit zegt de Heer der heerscharen: Het vasten van de vierde, en de vifde, en de zevende, en de tiende maand zal voor het huis van Juda verkeren in vreugde en blijdschap, en in een luisterrijke feestdag; heb slechts de waarheid en de vrede lief; zo spreekt de Heer der heerscharen. $Deo gratias [GradualeL4] !Ps 140:2 Laat mijn gebed, o Heer, als een reukoffer voor U opstijgen. V. Het opheffen van mijn handen als een avondoffer zijn. [OratioL4] Wij vragen U, Heer, geef ons de bijstand van uw genade, zoals Gij ons ook toestaat voor U een plechtig vasten te houden. $Per Dominum [LectioL5] Lezing uit de Profeet Daniël !Dan 3:47-51 In die dagen daalde de engel des Heren bij Azarias en zijn gezellen in de vuuroven neer, en dreef de vuurvlam de oven uit en maakte het binnen in de oven als waaide er een morgenwind. De vlam echter sloeg negen en veertig el boven de oven uit; en bij het uitslaan verbrandde zij de chaldeeuwse knechten van de koning, die bij de oven stonden en hem stookten. Hen zelf echter tastte het vuur in het geheel niet aan; het deed hun geen kwaad en bracht hun volstrekt geen letsel toe. Toen hieven de drie als uit één mond een loflied aan en verheerlijkten en zegenden God in de vuuroven, zeggende: _ !Hymnus !Dan 3:52-59 Geloofd zijt Gij, God onzer vaderen. Lofwaardig en roemrijk voor eeuwig. En geloofd zij uw heerlijke Naam, die heilig is. Lofwaardig en roemrijk voor eeuwig. Geloofd zijt Gij in uw heerlijke, heilige tempel. Lofwaardig en roemrijk voor eeuwig. Geloofd zijt Gij op de heilige troon in uw rijk. Lofwaardig en roemrijk voor eeuwig. Geloofd zijt Gij om uw goddelijke scepter. Lofwaardig en roemrijk voor eeuwig. Geloofd zijt Gij, die zetelt boven de Cherubs en de afgronden doorschouwt. Lofwaardig en roemrijk voor eeuwig. Geloofd zijt Gij, die wandelt op de wieken der winden en de golven der zee. Lofwaardig en roemrijk voor eeuwig. Dat U loven al uw engelen en heiligen. Dat zij U prijzen en verheerlijken in eeuwigheid. Dat U loven de hemel, de aarde, de zee en al wat er in is. Dat zij U prijzen en verheerlijken in eeuwigheid. Eer aan de Vader en de Zoon en de Heilige Geest. Lofwaardig en roemrijk voor eeuwig. Zoals het was in het begin, en nu, en altijd, en in de eeuwen der eeuwen. Amen. Lofwaardig en roemrijk voor eeuwig. Geloofd zijt Gij, God onzer vaderen. Lofwaardig en roemrijk voor eeuwig. [OratioL5] God, Gij hebt voor de drie jongelingen de vlammen van het vuur getemperd. Zorg in uw goedheid dat de vlam der ondeugden ons, uw dienaren, niet verbrande. $Per Dominum [Oratio] Almachtige, eeuwige God, die door de heilzame onthouding ziel en lichaam geneest, wij bidden uw Majesteit nederig, laat U door de vrome beden van hen, die vasten, verzoenen en geef ons nu en in de toekomst uw steun. $Per Dominum [Lectio] Lezing uit de Brief van de heilige Apostel Paulus aan de Hebreën !Hebr 9:2-12 Broeders, er werd een eerste tabernakel ingericht, waarin de kandelaar stond en de tafel en de toonbroden; en dit wordt het Heilige genoemd. Achter het tweede voorhang echter was het tabernakel, dat het Heilige der Heiligen genoemd wordt; dit bevatte een gouden wierookaltaar en de ark des verbonds, die van alle kanten met goud was overtrokken; daarin bevond zich een gouden urn met het manna, de staf van Aäron, die eens gebloeid had, en de tafelen van het verbond; en boven er op bevonden zich de cherubijnen der heerlijkheid, die het zoendeksel overschaduwden; maar daarover behoef ik nu niet in bijzonderheden te spreken. Zo was dit dus ingericht; en de priesters gingen te allen tijde binnen in het eerste tabernakel, wanneer zij de offerdienst vervulden. Maar in het tweede gaat slechts éénmaal in het jaar alleen de hogepriester binnen, niet zonder bloed, dat hij offert voor de onbewuste overtredingen van zich zelf en van het volk. Daarmee bedoelt de Heilige Geest, dat de weg naar het heiligdom nog niet open is, zolang het eerste tabernakel nog bestaat. En dat is een beeld van de tegenwoordige tijd; dienovereenkomstig immers worden er gaven en offeranden opgedragen, die niet bij machte zijn de offeraar in zijn geweten tot volmaaktheid te brengen, daar zij slechts bestaan in spijs en in drank, in verschillende wassingen en uiterlijke voorschriften, die blijven gelden tot aan de tijd van het betere. Christus echter is opgetreden als Hogepriester van de goederen der toekomst. En door een grotere en volmaaktere tabernakeltent - niet met handen gemaakt en niet van deze schepping - is Hij, niet met bloed van bokken of kalveren, maar met zijn eigen Bloed, eens en voor altijd binnengegaan in het Heiligdom, en heeft eeuwig-geldende verlossing bewerkt. [Graduale] !Ps 116:1-2 Looft de Heer, alle volkeren, alle naties, verheerlijkt Hem. V. Want zijn barmhartigheid blijft ons verzekerd en de trouw des Heren duurt eeuwig. [Evangelium] Vervolg ++ van het heilug Evangelie volgens Lucas !Luc 13:6-17 In die tijd hield Jezus de menigte deze gelijkenis voor: Iemand had een vijgeboom in zijn wijngaard staan; en hij kwam onderzoeken, of er vruchten aan zaten; maar hij vond er geen. Toen zeide hij tot zijn wijngaardenier: Zie, al drie jaar kom ik vruchten zoeken aan die vijgeboom, maar ik vind er geen; hak hem dus maar om; waarom zal hij daar nog langer een plaats innemen? Maar deze gaf hem ten antwoord: Heer, laat hem dit jaar nog staan; dan kan ik er eerst nog eens omheen graven en er mest in brengen; misschien draagt hij dan vrucht; zo niet, laat hem dan omhakken. En Hij gaf op de sabbath onderricht in hun synagoge. En zie, daar was een vrouw, die sinds achttien jaar bezeten was door een geest, die haar ziek maakte; zij liep gebogen en kon in het geheel niet omhoog zien. Toen nu Jezus haar zag, riep Hij haar bij Zich en zeide tot haar: Vrouw, gij zijt van uw ziekte verlost. En Hij legde haar de handen op en terstond richtte zij zich overeind; en zij verheerlijkte God. Maar de overste van de synagoge was verontwaardigd, omdat Jezus op de sabbath een genezing had verricht; en hij wendde zich tot de menigte en zeide: Er zijn zes dagen, waarop men moet werken; komt dus op die dagen om u te laten genezen, en niet op de sabbathdag. Maar de Heer gaf hem ten antwoord: Gij huichelaars! maakt niet ieder van u op de sabbath zijn os of zijn ezel van de kribbe los, om ze te laten drinken? Maar moest dan deze dochter van Abraham, die de satan reeds achttien jaar lang gebonden hield, niet van die band bevrijd worden op de sabbathdag? En toen Hij dat zeide, werden al zijn tegenstanders beschaamd; maar heel het volk verheugde zich over alles, wat Hij zo heerlijk verrichtte. [Offertorium] !Ps 87:2-3 Heer, mijn God en mijn heil, dag en nacht roep ik tot U. Laat mijn gebed voor uw aanschijn treden, o Heer. [Secreta] Wij vragen U, almachtige God, laat de gave, die wij onder het oog van uw Majesteit hebben opgedragen, ons de genade van godsvrucht verwerven en een gelukkige eeuwigheid bewerken. $Per Dominum [Communio] !Levit 23:41; 23:43 In de zevende maand zult gij feest vieren, als herinnering aan de tijd, waarin Ik de zonen van Israël in tenten liet wonen, toen Ik hen uit het land van Egypte wegvoerde, Ik, de Heer, uw God. [Postcommunio] Wij vragen U, Heer, laat uw sacramenten in ons uitwerken wat zij inhouden, opdat wij in werkelijkheid mogen verwerven, wat wij nu onder beelden vieren. $Per Dominum