[Officium] Omnium Sanctorum [Introitus] v. Laten wij ons allen in de Heer verheugen, nu wij de feestdag vieren ter ere van alle heiligen, want over hun feest verheugen zich de engelen en prijzen zij de Zoon van God. !Ps 32:1 Juicht, gerechtigen, in de Heer. De lofzang past de vromen. &Gloria v. Laten wij ons allen in de Heer verheugen, nu wij de feestdag vieren ter ere van alle heiligen, want over hun feest verheugen zich de engelen en prijzen zij de Zoon van God. [Oratio] Almachtige, eeuwige God, Gij doet ons de verdiensten van al uw heiligen in één feest vieren. Wij vragen U, dat Gij ons de overvloed van uw barmhartigheid, waarnaar wij verlangen, schenkt, nu zovelen voor ons ten beste spreken. $Per Dominum [Lectio] Lezing uit het Boek der Openbaring van de heilige Apostel Johannes !Apoc 7:2-12 In die dagen zag ik, Johannes, een andere engel naderkomen uit de richting van het Oosten, en hij had bij zich het zegel van de levende God. Hij riep met luide stem tot de vier engelen, die de opdracht hadden schade toe te brengen aan de aarde en de zee, en zeide: Brengt geen schade toe aan de aarde en de zee of de bomen, vóórdat wij de dienaren van onze God getekend hebben op hun voorhoofd. En ik hoorde het getal van de getekenden: honderd vier en veertig duizend getekenden uit al de stammen van de kinderen Israëls. Uit de stam Juda twaalf duizend getekenden; uit de stam Ruben twaalf duizend getekenden; uit de stam Gad twaalf duizend getekenden; uit de stam Aser twaalf duizend getekenden; uit de stam Nephtali twaalf duizend getekenden; uit de stam Manasse twaalf duizend getekenden; uit de stam Simeon twaalf duizend getekenden; uit de stam Levi twaalf duizend getekenden; uit de stam Issachar twaalf duizend getekenden; uit de stam Zabulon twaalf duizend getekenden; uit de stam Jozef twaalf duizend getekenden; uit de stam Benjamin twaalf duizend getekenden. Daarna zag ik een grote schare, die niemand tellen kon, uit alle naties en stammen, en volken en talen; zij stonden vóór de troon en vóór het Lam: gekleed in witte klederen met palmtakken in de hand; en zij riepen met luide stem en zeiden: Heil aan onze God, die op de troon is gezeten, en aan het Lam! En al de engelen stonden rondom de troon, en rondom de Ouderlingen en de Vier Dieren; en zij vielen voor de troon op hun aangezicht neder om God te aanbidden en zij zeiden: Amen! alle lof en heerlijkheid, en wijsheid en dank, eer en macht en sterkte aan onze God in de eeuwen der eeuwen. Amen. [Graduale] !Ps 33:10; 33:11 Vreest de Heer, gij, al zijn heiligen, want, die Hem vrezen, ontbreekt het aan niets. V. Want, die de Heer zoeken, zal niets ontbreken. Alleluia, alleluia. !Matt 11:28 Komt tot Mij, allen, die belast en beladen zijt, en Ik zal u verkwikken. Alleluia. [Evangelium] @Sancti/06-05 [Offertorium] @Commune/C3a-1 [Communio] !Matt 5:8-10 Zalig de zuiveren van hart, want zij zullen God zien. Zalig de vreedzamen, want zij zullen zonen Gods heten. Zalig, die vervolging lijden om de gerechtigheid, want voor hen is het rijk der hemelen. [Postcommunio] Wij vragen U, Heer, doe de volkeren, die in U geloven, altijd vreugde vinden in de verering van uw heiligen en steun vinden in hun voortdurende smeking. $Per Dominum