[Rank] Immaculati Cordis Beatæ Mariæ Virginis;;Duplex II classis;;5.1;;ex C11 [Rule] ex C11; Gloria Credo Prefatio=Maria=Festivitate; [Introitus] !Hebr 4:16 v. Laat ons met vertrouwen voor de troon der genade treden om barmhartigheid te verkrijgen en genade te vinden voor tijdige hulp. !Ps 44:2 Een heerlijk lied welt op in mijn hart. De Koning wijd ik mijn zang. &Gloria v. Laat ons met vertrouwen voor de troon der genade treden om barmhartigheid te verkrijgen en genade te vinden voor tijdige hulp. [Oratio] Almachtige, eeuwige God, Gij hebt in het hart van de heilige Maagd Maria een waardig verblijf bereid voor de Heilige Geest. Bewerk in uw goedheid, dat wij, die godvruchtig het feest vieren van dat Onbevlekt Hart, naar uw Hart mogen leven. $Per Dominum [Lectio] @Sancti/07-16 [Graduale] !Ps 12:6 Nu juiche mijn hart over uw hulp! Ik wil de Heer bezingen, die mij heeft welgedaan, en de Naam van de Heer, de Allerhoogste, zal ik prijzen op het psalter. !Ps 44:18 Zij zullen uw Naam gedenken van geslacht tot geslacht. Daarom zullen de volkeren U prijzen voor eeuwig. Alleluia, alleluia. ! Luc 1:46; 1:47 Hoog prijst mijn ziel de Heer, en mijn geest jubelde in God, mijn Verlosser. Alleluia. [GradualeP] Allelúja, allelúja. !Luc 1:46-47 Magníficat ánima mea Dóminum: et exsultávit spíritus meus in Deo salutári meo. Allelúja. V. Beátam me dicent omnes generatiónes, quia ancíllam húmilem respéxit Deus. Allelúja. [Tractus] !Prov 8:32; 8:35 Nunc ergo, fílii, audíte me: Beáti qui custódiunt vias meas. V. Audíte disciplínam et estóte sapiéntes, et nolíte abjícere eam. V. Beátus homo qui audit me, et qui vígilat ad fores meas quotídie, et obsérvat ad postes óstii mei. V. Qui me invénerit, invéniet vitam, et háuriet salútem a Dómino. [Evangelium] @Commune/C10Pasc [Offertorium] !Luc 1:46; 1:49 Mijn geest jubelde in God, mijn Verlosser, want Hij, de Machtige, heeft grote dingen aan Mij gedaan, en heilig is zijn Naam. [Secreta] Bij de opdracht van het onbevlekte Lam aan uw Majesteit vragen wij U, o Heer, dat in ons hart eenzelfde goddelijk vuur mag branden, dat het Hart van de heilige Maagd Maria zo onuitsprekelijk heeft ontvlamd. $Per eundem [Communio] !Joann 19:27 Jezus zei tot zijn Moeder: Vrouw, ziedaar uw zoon. Dan zei Hij tot de leerling: Ziedaar uw Moeder. Vanaf dat uur nam de leerling haar bij zich in huis. [Postcommunio] Nu wij verkwikt zijn door de goddelijke gaven bidden wij U nederig, o Heer, dat wij door de voorspraak van de heilige Maagd Maria, wier onbevlekt Hart wij nu met een feest eren, aan alle gevaren van de tijd ontrukt mogen worden, en de vreugde van het eeuwig leven verwerven. $Per Dominum