[Officium] S. Gabrielis a Virgine Perdolente Confessoris [Introitus] !Eccli 11:13 v. Het oog van God rustte vol goedheid op hem, en richtte hem op uit zijn vernedering, en hij hief zijn hoofd op: en velen stonden verwonderd over hem en prezen God. !Ps 72:1 Hoe goed is God voor Israël, voor hen, die oprecht zijn van harte. &Gloria v. Het oog van God rustte vol goedheid op hem, en richtte hem op uit zijn vernedering, en hij hief zijn hoofd op: en velen stonden verwonderd over hem en prezen God. [Oratio] God, Gij hebt de heilige Gabriël geleerd steeds de smarten van uw zoete Moeder te overwegen, en hem door Haar verheerlijkt met de glans van heiligheid en wonderen. Zorg, dat wij ons door zijn voorspraak en op zijn voorbeeld zo met de tranen van uw Moeder verenigen, dat wij door haar moederlijke bescherming gered worden. $Qui vivis [Lectio] Lezing uit de eerste Brief van de heilige Apostel Johannes !1 Joann 2, 14-17 Veelgeliefden, aan u, jongemannen, schrijf ik, omdat gij sterk zijt, en omdat het woord van God in u woont en gij de boze hebt overwonnen. Wilt de wereld niet liefhebben, noch hetgeen in de wereld is. Als iemand de wereld bemint, is de liefde tot de Vader niet in hem; want alles wat in de wereld is, is begeerlijkheid des vlezes, begeerlijkheid der ogen en hovaardij des levens; en dat is niet van de Vader, maar van de wereld. En de wereld vergaat, evenals haar begeerlijkheid. Wie echter de wil volbrengt van God, blijft in eeuwigheid. [Graduale] !Ps 30:20 Hoe groot, o Heer, zijn de schatten van uw liefderijke goedheid, die Gij hebt weggelegd voor hen, die U vrezen. V. Die Gij schenkt aan hen, die op U hopen, voor het aanschijn van de kinderen der mensen. Alleluia, alleluia. !Ps 8:6-7 Minuísti eum, Dómine, paulo minus ab Angelis: glória et honóre coronásti eum: et constituísti eum super ópera mánuum tuárum. Alleluia. [GradualeP] Alleluia, alleluia. !Ps 8:6-7 Minuísti eum. Dómine, paulo minus ab Angelis: glória et honóre coronásti eum: et constituísti eum super ópera mánuum tuárum. Allelúja. !Eccli 11:24 V. Benedíctio Dei in mercédem justi féstinat, et in hora velóci procéssus illíus fructíficat. Allelúja. [Tractus] !Ps 30:20 Hoe groot, o Heer, zijn de schatten van uw liefderijke goedheid, die Gij hebt weggelegd voor hen, die U vrezen. V. Die Gij schenkt aan hen, die op U hopen, voor het aanschijn van de kinderen der mensen. _ !Tractus !Ps 83:6-7, 11 en 13 Gelukkig de man, die hulp krijgt van U; die besloten heeft in zijn hart door het tranendal op te gaan naar het doel, dat hij zich stelde. V. Liever wil ik de geringste zijn in het huis van mijn God, dan te wonen in de tenten der zondaren. V. Hij weigert het goede niet aan die in onschuld wandelen. Heer der heerscharen, gelukkig de mens die op U vertrouwt. [Evangelium] Vervolg ++ van het heilig Evangelie voolgens Marcus !Marc 10:13-21 In die tijd bracht men kinderen tot Jezus, opdat Hij hen zou aanraken. Maar de leerlingen wezen de mensen, die hen brachten, terug. Toen Jezus echter dat zag, kon Hij dat niet verdragen; en Hij sprak tot hen: Laat de kinderen tot Mij komen, en houdt hen niet tegen; want voor degenen, die zó zijn, is het rijk van God. Voorwaar Ik zeg u: wie het rijk Gods niet aanvaardt als een kind, hij zal er niet binnengaan. En Hij omhelsde de kinderen, legde hun de handen op en zegende hen. En toen Hij buiten kwam op de weg trad er iemand nader, knielde voor Hem neer en vroeg Hem: Goede Meester, wat moet ik doen om eeuwig leven te verwerven? En Jezus gaf hem ten antwoord: Wat noemt gij Mij goed? Niemand is er goed, dan God alleen. Gij kent de geboden: Gij zult geen echtbreuk plegen, gij zult niet doden, gij zult niet stelen, gij zult geen valse getuigenis geven, gij zult geen bedrog plegen, eer uw vader en uw moeder. Maar hij antwoordde Hem: Meester, dat alles heb ik onderhouden van jongsaf aan. Toen zag Jezus hem liefdevol aan en Hij sprak tot hem: Eén ding ontbreekt u nog: ga heen, verkoop alles, wat gij bezit, en geef het aan de armen; dan zult gij een schat bezitten in de hemel; en komt dan terug en volg mij. [Offertorium] !Ps 115:16-17 O Heer, ik ben uw dienstknecht, een zoon van uw dienstmaagd. Verbroken hebt Gij mijn boeien. Een dankoffer zal ik U brengen. [Secreta] Doe ons, o Heer, in de opdracht van de heilsofferande ter gedachtenis van de heilige Gabriël, het offer van uw dood passend herdenken en door de verdiensten van de smartvolle Maagd overvloedig de vruchten van dat offer ontvangen. $Qui vivis [Communio] !Apoc. 3:20 Zie, Ik sta aan de deur en klop. Als iemand naar mijn stem luistert en de deur voor Mij opent, zal Ik bij hem binnengaan, maaltijd met hem houden, en hij met Mij. [Postcommunio] Aanvaard goedgunstig, o Heer, de dank, die wij U op het feest van uw heilige belijder Gabriël brengen door de handen van de roemrijke, altijd maagdelijke Maria, uit wie Gij het vlees hebt aangenomen, waarvan wij in dit heilzaam gastmaal de zoetheid mochten smaken. $Qui vivis