[Rank] In Apparitione Beatæ Mariæ Virginis;;Duplex majus;;4;;ex C11 [Rule] ex C11; Gloria Credo Prefatio=Maria=apparitióne [Introitus] !Apoc 21:2 v. Ik zag de heilige stad, het nieuwe Jeruzalem, uit de hemel van God neerdalen, uitgedost als een bruid, die voor haar man is getooid. !Ps 44,2 Een heerlijk lied welt op uit mijn hart. De Koning wijd ik mijn zang. &Gloria v. Ik zag de heilige stad, het nieuwe Jeruzalem, uit de hemel van God neerdalen, uitgedost als een bruid, die voor haar man is getooid. [Oratio] God, Gij hebt door de onbevlekte ontvangenis van de heilige Maagd Maria uw Zoon een waardig verblijf bereid. Wij vragen U ootmoedig, dat wij door de viering van de Verschijning van de heilige Maagd gezondheid naar ziel en lichaam mogen verwerven. $Per eundem [Lectio] Lezing uit het Boek der Openbaring van de heilige Apostel Johannes !Apoc 11:19; 12:1, 10 De tempel Gods in de hemel ging open, en zijn ark des verbonds werd zichtbaar in zijn tempel; en er kwam bliksem en onweer, en aardbeving en zware hagelslag. En er verscheen een groot teken aan de hemel: een vrouw, omgeven door de zon, met de maan onder haar voeten en een kroon van twaalf sterren op haar hoofd. En ik hoorde een machtige stem in de hemel, die sprak: Nu is gekomen het heil en de macht en het koningschap van onze God, en de heerschappij van zijn Gezalfde. [Graduale] !Cant 2:12 Bloemen ontloken in ons land. Het is tijd om te snoeien. Men hoort in ons land de tortel al kirren. !Cant 2:10 en 14 Sta op, mijn geliefde, en kom, mijn schone, mijn duif, in de spleten van de rots verborgen, in de holte van de muur. Alleluia, alleluia. V. Laat mij uw gelaat zien. Laat uw stem mij in de oren klinken, want uw stem is zo zoet en uw gelaat zo schoon. Alleluia. [Tractus] !Cant 2:12 Bloemen ontloken in ons land. Het is tijd om te snoeien. Men hoort in ons land de tortel al kirren. !Cant 2:10 en 14 Sta op, mijn geliefde, en kom, mijn schone, mijn duif, in de spleten van de rots verborgen, in de holte van de muur. _ !Tractus !Judith 15:10 Gij zijt de roem van Jeruzalem, de vreugde van Israël, de trots van ons volk. !Cant 4:7 Ongerept schoon zijt Gij, o Maria, de vlek van de erfzonde rust niet op U. V. Gelukkig zijt Gij, heilige Maagd Maria, en alle lof overwaardig, Gij, die de kop van de slang met uw maagdelijke voet hebt vertreden. [Evangelium] Vervolg ++ van het heilig Evangelie volgens Lucas !Luc 1:26-31 In die tijd werd de engel Gabriël door God gezonden naar een stad van Galilea, Nazareth genaamd, tot een maagd, die ten huwelijk was gegeven aan een man, die Jozef heette, uit het huis van David; en de naam van die maagd was Maria. En de engel trad bij Haar binnen, en sprak: Wees gegroet, Gij vol van genade; de Heer is met U; Gij zijt de gezegende onder de vrouwen. Toen Zij dat hoorde, schrok Zij van zijn woorden en vroeg zich af, wat die groet zou moeten betekenen. Maar de engel zeide haar: Vrees niet, Maria, want Gij hebt genade gevonden bij God: zie, Gij zult in uw schoot ontvangen, en een zoon ter wereld brengen, die Gij Jezus moet noemen. [Offertorium] !Luc 1:28 Wees gegroet, vol van genade, de Heer is met U. Gij zijt de Gezegende onder de vrouwen. [Secreta] Moge, o Heer, het lofoffer, dat wij U door de verdiensten van de roemrijke en onbevlekte Maagd opdragen, U een zoete geur zijn en ons naar ziel en lichaam de gewenste gezondheid brengen. $Per Dominum [Communio] !Ps 64:10 Gij hebt de aarde bezocht en haar besproeid, haar met rijkdommen overstelpt. [Postcommunio] Moge, o Heer, de hand van uw onbevlekte Moeder hen steunen, die Gij met hemels voedsel gevoed hebt, opdat wij met haar hulp het eeuwig vaderland mogen bereiken. $Qui vivis