[Rank]
Sacratissimi Rosarii Beatæ Mariæ Virginis;;Duplex 2 classis;;5.1;;ex C11

[Ant Vespera]
Wie is Zij, * schoon als een duif, als een rozelaar geplant aan de beek?;;109
Machtige Maagd, * als de toren van David, waaraan duizend schilden hangen: de volle wapenrusting der sterken.;;112
Wees gegroet, Maria, * vol van genade, de Heer is met U: Gij zijt de Gezegende onder de vrouwen.;;121
De Heer heeft U gezegend * in zijn kracht, want door U heeft Hij onze vijanden vernietigd.;;126
De dochters van Sion * zagen haar bloeien te midden van rozenbloesems en zij prezen Haar gelukkig.;;147

[Hymnus Vespera]
v. Van 's hemels hof een afgezant
't Verborgen heilsgeheim ontvouwt,
En, vol gena, de Maagd begroet,
Die straks Gods Moeder worden zal.
_
De Maagd met spoed bezoekt haar nicht,
De moeder van de boetgezant,
Die, springende op in moeders schoot,
Des Heilands bijzijn blij verkondt.
_
Het Woord, dat vóór der eeuwen loop
Uit 's Vaders schoot zijn oorsprong nam,
Wordt uit de schoot der Moedermaagd
Als sterfelijk kind op aard gebaard.
_
Gehoorzaam aan zijn eigen Wet,
Wordt Hij ten tempel heengevoerd;
Met d'offerand der armengift
Wordt de Verlosser vrijgekocht.
_
Het droef verloren godd'lijk Kind
Maria blijde wedervond,
Waar 't leraars, in de Wet vergrijsd,
De diepe zin der Schriften wees.
_
@Psalterium/Doxologies:Nat

[Versum 1]
V. Koningin van de allerheiligste Rozenkrans, bid voor ons.
R. Opdat wij de beloften van Christus waardig worden.

[Ant 1]
Zalig zijt Gij, * Maagd Maria, Moeder van God, daar Gij in de Heer geloofd hebt; in U is volbracht wat voorspeld werd: wees onze voorspraak bij de Heer.

[Oratio]
God, uw enige Zoon heeft door zijn leven, dood en verrijzenis voor ons het voorrecht van de eeuwige zaligheid verdiend. Wij vragen U, doe ons, die bij de heilige Rozenkrans van de heilige Maagd Maria, deze geheimen overwegen, én navolgen wat ze bevatten, én verwerven wat zij beloven.
$Per eumdem

[Capitulum Laudes]
!Sir 24:25; 39:17
v. Bij Mij is de schoonheid van alle weg en waarheid, bij Mij alle hoop op leven en deugd. Ik ben als een roos, geplant aan waterstromen: Ik heb vruchten voortgebracht.
$Deo gratias

[Hymnus Vespera 3]
v. U, eens zo hoog, verblijd weleer,
Dan ook in diepste rouw gehuld,
Van eeuw'ge glorie thans omstraald,
Zij, Moedermaagd, ons lied gewijd!
_
Gegroet, van blijdschap overstroomd,
Toen Gij ontvingt, uw nicht bezocht,
Uw Kind gebaard, geofferd hebt,
Of, zaal'ge Moeder! wedervondt.
_
Gegroet, zo diep bedroefd, toen Gij
Der Martelaren Koningin
De doodstrijd, gees'ling, doornenhoed,
En 't Kruis uws Zoons in 't hart doorstond.
_
Gegroet in d'overwinningseer,
In 't flikk'ren van het Pinkstervuur,
In 't heerlijk licht van 't hemelrijk,
Vorstinne, luisterrijk gekroond!
_
Komt volk'ren, komt; gaart rozen hier
Uit al zoveel mysteries zoet;
En vlecht met vlijt der Moeder van
De schone liefde een krans daaruit!
_
@Psalterium/Doxologies:Nat

[Ant 3]
Heilige Moeder * en ongeschonden Maagd, glorierijke Koningin van de wereld, dat allen, die het hoogfeest van uw allerheiligste Rozenkrans vieren, uw bijstand ondervinden.