[Officium] S. Joseph Sponsi B.M.V. Confessoris [Ant Vespera] Jacob nu * won Jozef, de man van Maria, uit wie Jezus geboren is, die Christus genoemd wordt. (Alleluia.);;109 Gezonden werd * de engel Gabriƫl door God tot een Maagd, die verloofd was met een man, die Jozef heette, uit het huis van David, en de naam van de Maagd was Maria. (Alleluia.);;110 Toen Maria * de Moeder van Jezus, verloofd was met Jozef, werd Zij, voordat zij samenwoonden, bevrucht bevonden door de Heilige Geest. (Alleluia.);;111 Daar Jozef, haar man, * een rechtvaardige was, en Haar niet wilde overleveren, besloot hij Haar in stilte heen te zenden. (Alleluia.);;112 Een engel des Heren * verscheen aan Jozef en sprak: Jozef, zoon van David, vrees niet Maria, uw vrouw, tot u te nemen, want wat in Haar geboren is, is van de Heilige Geest: Zij zal een Zoon baren en gij zult Hem Jezus noemen. (Alleluia.);;116 [Hymnus Vespera] v. Uw roem, o Jozef, zingt het heer van 't hemels hof, Voor u weergalmt het koor van heel het christendom: Gij, die door deugden straalt, zijt door een rein verbond Verenigd met de Maagd vol roem. _ Als gij met heil'ge Vrucht uw Bruid gezegend ziet, En vol verwondering verkeert in twijfelangst, Verkondigt U de Engel, dat dit Kind door d'adem van De hoogste Geest ontvangen werd. _ Uw pasgeboren Heer omhelst ge en leidt Hem heen Voortvluchtig naar de kust van 't verre Egyptenland; Gij zoekt en vindt het Kind, vermist in d'Heil'ge Stad, Met tranen mengend uwe vreugd. _ Een zalig lot gewordt eerst and'ren na de dood, En wie de palm verdient, die stijgt ter glorie op; Maar, levend, smaakt gij God, de zaal'gen hier gelijk, Ja, zaal'ger door een wonder lot. _ Hoogste Drievuldigheid, hoor naar ons smeekgebed, Laat ons om Jozefs deugd opgaan naar 't sterrenhof, Opdat voor eeuwig daar ons worde toegestaan Te zingen 't lied der dankbaarheid. Amen. [Versum 1] V. Hij stelde hem aan tot heer van zijn huis. (Alleluia.) R. En tot beheerder van al zijn bezit. (Alleluia.) [Ant 1] Toen Jozef uit de slaap ontwaakt was, * deed hij zoals de engel des Heren hem had bevolen en nam zijn vrouw tot zich. (Alleluia.) [Oratio] Wij vragen U, Heer, dat wij door de verdiensten van de bruidegom van uw allerheiligste Moeder geholpen mogen worden, opdat ons door zijn voorspraak wordt gegeven, wat buiten het bereik ligt van onze krachten. $Qui vivis [Ant Laudes] De ouders van Jezus gingen * ieder jaar naar Jeruzalem op het Hoogfeest van Pasen. (Alleluia.) Toen zij terugkeerden, * bleef het Kind Jezus te Jeruzalem en zijn Ouders wisten het niet. (Alleluia.) Toen zij Jezus niet vonden, * keerden zij terug naar Jeruzalem, terwijl zij Hem zochten: na drie dagen vonden zij Hem terug in de tempel, gezeten te midden der leraren, terwijl Hij naar hen luisterde en hen ondervroeg. (Alleluia.) Zijn Moeder sprak * tot Hem: Kind, waarom hebt Gij ons dit aangedaan? Zie, uw Vader en Ik zochten U vol smart. (Alleluia.) Jezus daalde af * met hen, kwam te Nazareth en was hun onderdanig. (Alleluia.) [Capitulum Laudes] !Prov 28:20; 27:18 v. Een man, die trouw is, zal hoog geprezen worden en wie zijn Heer bewaakt, zal worden verheerlijkt. $Deo gratias [Versum 3] V. Eer en rijkdom zijn in zijn huis. (Alleluia.) R. En zijn gerechtigheid duurt eeuwig voort. (Alleluia.) [Ant 3] Deze is de trouwe * en wijze dienaar, die de Heer heeft aangesteld over zijn huis.